Het verschil tussen viertakt- en tweetaktrijders

Twee kampen die met elkaar worden vergeleken is zo uit het leven gegrepen. Voorbeelden genoeg. Ferrari versus Lamborghini, Coca-Cola of Pepsi, Mercedes of BMW, Telenet of Proximus, Apple of Windows en waarom niet Wout of Mathieu. Zo zijn er ook viertakt- en tweetaktcrossers die meewarig doen over elkaars machines.

Motorcross in zijn vroegste vorm werd gereden met zware lompe viertaktmachines zoals AJS, BSA en FN. In de jaren ’70 en ’80 namen de tweetakten het over. Jacky Martens zag het in de vroege jaren ‘90 weer anders en overtuigde Husqvarna om met een viertakt deel te nemen aan het wereldkampioenschap.

In 1993 troefde hij alle tweetakten af en werd de eerste wereldkampioen op een viertakt sinds de titel van Jeff Smith in 1965 op een BSA. Yamaha verfijnde het idee en de rest is geschiedenis. Maar de discussie blijft.

Zonder partij te kiezen sommen we de feiten op:

• Viertaktrijders hebben zelden een vetgeslagen bougie.
• Tweetaktrijders leuteren uren over hun favoriete tweetaktolie.
• Tweetaktrijders zijn verslaafd aan de geur van verbrande tweetaktolie.
• Viertaktrijders kijken nooit naar hun uitlaatgassen tijdens het warmdraaien.
• Tweetaktrijders hebben altijd een mening over de te gebruiken mengverhouding.
• Viertaktrijders hebben één reservebougie in hun gereedschapskoffer.
• Tweetaktrijders hebben een doos van tien bougies in hun gereedschapskoffer en nog een vijftal gebruikte bougies waar ze over twijfelen.
• Viertaktrijders verzwijgen het feit dat ze een nieuwe zuiger door hun dealer laten plaatsen.
• Tweetaktrijders scheppen op over het feit dat ze zelf hun zuigers vervangen.
• Tweetaktrijders verzwijgen het feit dat hun motor vastliep na het vervangen van een zuiger.
• Tweetaktrijders warmen hun handen aan de uitlaatgassen, niet voor de warmte maar wel voor de geur.
• Viertaktrijders zijn verslaafd aan de diepe grom van een viertakt.
• Tweetaktrijders vinden een met de hand vervaardigde voorbocht van een tweetakt kunst met een grote K.
• Viertaktrijders doen het met E5 benzine van de pomp.
• Tweetaktrijders doen het met 50% E5 benzine, 50% race fuel, een geutje octaanbooster, 3% tweetaktolie en een geutje brandstofstabilisator.
• Viertaktrijders scheppen op over hun brede powerband.
• Tweetaktrijders doen stoer over de spreekwoordelijke schop onder de kont die hun machine produceert.
• Tweetaktrijders liegen meestal over het feit dat ze ooit reden op een Kawasaki KX500.
• Viertaktrijders warmen hun handen aan de uitlaatgassen, niet voor de geur maar voor de warmte.
• Tweetaktrijders beweren dat je niks leert op een viertakt.
• Tweetaktrijders negeren immer en altijd de door de fabrikant aanbevolen mengverhouding.
• Viertaktrijders die hun tank bijvullen schudden nooit met de jerrycan.
• Tweetaktrijders van de oude stempel gebruiken nog altijd Castrol R40.
• Tweetaktrijders moeten vaker deuken in hun uitlaat tolereren.
• Viertaktrijders worden geil van een Akrapovic uitlaat.
• Tweetaktrijders vinden de afmetingen van een viertaktdemper overdreven.
• Viertaktrijders bedoelen met “size matters” de omvang van hun demper.
• Tweetaktrijders gebruiken altijd olie tijdens de seks.
• Viertaktrijders vinden het zalig om het gas open te draaien tot de toerentalbegrenzer ingrijpt.
• Tweetaktrijders vinden die “panic rev” haantjesgedrag van viertaktrijders.
• Viertaktrijders vinden tweetaktrijders “eenvoudig en simpel”, net als hun motoren.
• Tweetaktrijders vinden een viertaktmotor vrouwelijk, en dus nodeloos ingewikkeld.